09 november 2011

Ongewoontes

Deze blogmadam placeerde een tijdje geleden persoonlijke vreemde gewoontes, waarbij een ander mens waarschijnlijk zijn wenkbrauwen eens bij fronst. Maar –of we het nu willen toegeven of niet- we hebben allemaal wel een vijs los. Of vijf, zoals bij mij. Here goes.

1. Ik ben sinds kort weer compleet into Lego. En ik ben 28, begot! De regenachtige zomer bracht heel wat childhood memories naar boven, waardoor ik in een zotte vlaag een doos met lego kocht. En daarna er zo verknocht aan geraakte, dat ik er kocht via Amazon, waardoor ik zo blij als een kind vliegtuigen, boten en huisjes volgens de plannetjes in elkaar bokste. Waarna ik ze ongetwijfeld weer zal afbreken en dan compleet joelend eigen creaties in elkaar zal boksen. Als de mijne mij niet zou tegenhouden, ik kocht de halve speelgoedwinkel leeg. Die wenkbrauw mag weer naar beneden, dank u.

2. Echt bijgelovig kan je me niet noemen, maar ik heb wel op zekere hoogte (haha…) enkele rituelen waar ik niet graag van af stap. Eéntje daarvan, doe ik steevast als ik op het vliegtuig stap. Om de één of andere reden moet ik met mijn linkerhand het vliegtuig aanraken als ik er op stap. Een domme gewoonte, die ik doe om me op een bizarre manier van te verzekeren dat alles vlot zal verlopen. Eén keer heb ik het met mijn rechterhand geforceerd en dat bleek de flight from hell, toen we verzeild raakten in een geweldig onweer midden de Atlantische Oceaan, met luchtzakken à volonté als gevolg, waarna de airhostessen iedereen aanmaanden te blijven zitten. Dik tegen de zin van een groep orthodoxe Joden, die constant op en af rondliepen én een ruziemakende passagier, die net niet gearresteerd werd.

3. Ik heb nochtans geen vliegangst, dank u wel. Maar wel hoogtevrees. ’t Is te zeggen: als kind had ik al schrik van grote hoogtes, maar de laatste jaren heb ik geleerd dat het eigenlijk angst om te vallen is, jawel. Zet mij ergens op grote hoogte, maar een afscherming tot aan mijn borst en ik heb gene schrik. Maar lager dan dat… ho maar. De gedachte dat ik ergens in een afgrond kan vallen… gruwel. Het is zelfs zo erg gesteld dat ik in de bioscoop geen scène kan zien waarbij iemand van een dak afspringt, of ik moet absoluut wegkijken. Hell, ik word zelfs écht niet goed van de gedachte alleen al. Foto’s van afgronden zijn ook al goed voor een halve paniekaanval.

4. Vreemd genoeg heb ik dan weer helemaal geen schrik van het einde van de wereld. Pardon? Ik droom regelmatig dat ik opeens middenin een halve apocalyps beland, waarbij de beste dromen die van tsunami’s zijn. Vluchten in een appartement, waar het water aan een hels tempo stijgt of tegen het gebouw dreunt… ik leef onbewust helemaal op in mijn slaap. Zoveel zelfs dat ik met een geweldig aanvoelende en spannende adrenalinestoot wakker wordt.

5. En met het risico dat ze me nu helemaal in ’t zothuis steken… Muziek ontspant altijd, maar in echt stressvolle tijden, zoals de examens vroeger, raak ik echt ontspannen en rustig van een vergeten Thunderdome-cd. Niet dat ik een gabber was of vandaag regelmatig naar hardcore luister, maar op een bizarre manier word ik daar helemaal rustig van. En na een luisterbeurt of twee in de auto kan ik er weer zes maanden tegen.

't Ergste vanal is dat ik nog een tweetal zo'n lijstjes zou kunnen maken, maar we doen het de mensheid maar niet aan, zekerst?

1 opmerking:

elke zei

maar natuurlijk wel! Laat maar komen!